De smient is een middelgrote grondeleend die vanwege de kenmerkende roep van het mannetje ook 'fluiteend' wordt genoemd. Een mannetje heeft een oranjebruine kop met aan de voorkant een lichtgele streep. In de vlucht vallen zijn grote witte vleugelvelden op. Het vrouwtje is minder getekend dan het mannetje en is rossig bruin of grijsachtig met variabele diffuse vlekken, haar buik is wit.
De smient is een algemeen voorkomende eend in Eurazië. De smienten die in Nederland overwinteren maken deel uit van de Oost-Atlantische trekroute.
De smient is een herbivoor die zowel op land als op water foerageert. In Nederland vormt grasland veruit het belangrijkste foerageergebied; andere gebruikte habitats zijn intergetijdengebieden (algen en kwelderplanten zoals zeekraal) en ondiepe zoete wateren (waterplanten).
Vanwege de vruchtbare landbouwgebieden en zachte winters vinden smienten in Nederland een continu aanbod van voedsel. Bovendien is er in ons land veel water, waar de vogels overdag rusten. Smienten kunnen schade aanrichten aan onder meer grasland, graszaad, granen en vollegrondsgroenten (vooral bij extreme winterse omstandigheden).